Totaal aantal bezoekers

maandag 21 mei 2012

Richting Groot Krabbenhoofd


De lente is nou wel op z'n mooist hier langs de dijk richting de Pier of Groot Krabbenhoofd zoals het officieel heet. Overal bloeit het fluitenkruid in de bermen en ik zie mensen met mooie boeketten naar huis lopen.
Op dit stukje dijk en eronder hebben we 2 bijzondere soorten ontdekt, een reden om de gemeente te vragen deze gedeelten pas na de bloei te maaien.  We hopen dat ze daar voor open staan.
Daarbij zou het maaisel afgevoerd moeten worden om de grond schaal te houden. Laat je het liggen dan komt er veel brandnetel en zuring voor terug.... ook nuttig maar liever iets buiten paden en strandjes.
Dit is echte kruisdistel, ondanks de naam geen echte distel maar een schermbloemige.                 
De bleekgroene plant wordt 15-60 cm hoog en vormt diepgaande wortelstokken De bladeren zijn gestekeld. 
De echte kruisdistel bloeit in juli en augustus met witte of licht blauwe bloemen in tien tot twintig hoofdjes. De hoofdjes zijn 1-1,5 cm groot en omgeven door stekelige schutbladen (omwindselbladen). De kroonbladen zijn korter dan de kelkbladen
De 3-5 mm lange splitvrucht is met haarachtige papillen bezet.
De echte kruisdistel komt voor op vochtige tot droge, kalkhoudende grond op rivierduinen, zandige dijken, kalkgraslanden en duinen.
Op de bloemen in juli en augustus komen veel insecten af. Zij zijn dus belangrijk als drachtplant.
In veel delen van Nederland zeldzaam, langs het IJsselmeer wat vaker voorkomend.
...................................................................................................................................................................


Dit is veldhondstong, het staat op het vlakke stuk richting de Pier. Hier zou eigenlijk niet gemaaid hoeven worden voor eind juli, de konijnen houden het kort en deze bijzondere plant kan behouden worden. Deze soort staat op de Rode lijst.
Beschrijving
Afmeting: 30 tot 80 cm.
Levensduur: Tweejarig of meerjarig.
Bloeimaanden: Mei t/m juli.
Wortels: Een penwortel.
Stengels: De grijze stengels zijn kort behaard, dicht bebladerd en dragen naar boven toe talrijke zijtakken.
Bladeren: De bladeren zijn langwerpig en niet getand. De onderste bladeren zijn kort gesteeld en de bovenste stengelomvattend.
Bloemen: De bloeiwijze is vertakt. De bloemen zijn bruinrood, maar worden later vuilpaars of heel soms wit. Ze zijn 5 tot 7 mm groot en trechtervormig. De kroonbuis is kort en afgesloten door keelschubben. De kroonslippen zijn uitgespreid.
Vruchten: De vruchten zijn afgeplat. Ze bevatten 4 nootjes en hebben haakvormige stekels en een verdikte rand. Ze zijn 6 tot 8 mm lang.
Biotoop
Bodem: Zonnige tot half beschaduwde, open plaatsen (pioniervegetaties) op droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, kalkrijke, vaak oppervlakkig geroerde en humusarme grond (mergel, zand, zavel en stenige plaatsen).
Groeiplaatsen: Dijken, ruigten, weiland (door schapen begraasde mergelhellingen), bosranden, struwelen en duinen (duinhellingen, duin-berkenbos, duinbermen, mosduinen en duinstruweel).




weer de echte kruisdistel


genieten in de luwte

op de achtergrond een nog net bloeiende meidoorn


[bewerken]

Geen opmerkingen: